Een moederbord in een computer is een printplaat met elektronica waarop de processor verbonden wordt met allerlei andere computeronderdelen. Een moederbord wordt ook wel systeembord, mainboard of mobo genoemd.

Door de jaren heen zijn er steeds meer functies in het moederbord ondergebracht. Rond 1989 bevatte het moederbord voornamelijk de processor, het werkgeheugen en interrupt voorzieningen.

De volgende connectoren en poorten zijn de belangrijkste die men op een modern moederbord kan vinden:

• De processor socket. Dit bepaalt wat voor soort Central Processing Unit (CPU) het moederbord gebruikt;
• Chipset 1 en chipset 2. Chipset 1 is de northbridge en chipset 2 is de southbridge. Deze twee bruggen verbinden de CPU via de systeembus met andere onderdelen van de computer;
• De Basic Input/Output System (BIOS). Dit is een chip die de basisfuncties van de computer controleert en voert een zelftest uit wanneer je de computer opstart;
• Connectoren voor Random Access Memory (RAM). Hierop kan het interne geheugen (RAM-geheugen) geplaatst worden. Deze connectoren worden ook wel DIMM (Dual Inline Memory Module) sockets genoemd;
• Peripheral Component Interconnect (PCI). Op een PCI kunnen uitbreidingskaarten voor video, geluid en netwerk worden aangesloten;
• Accelerated Graphics Port (AGP). Dit is een poort waarop uitsluitend videokaarten konden worden aangesloten, deze zijn in de loop der tijd vervangen door PCI express poorten;
• PCI Express x 16. Dit is een poort met 16 kanalen en haalt een snelheid van 4 Gb/s;
• PCI Express x 1. Dit is een poort met één serieel kanaal en haalt een snelheid van 250 Mb/s;
• Integrated Drive Electronics (IDE). Dit is een interface om harde schijven en CD-ROM drives op aan te sluiten.

Ook treffen we een aantal input- en output connectoren of poorten aan op het moederbord:

• De “klassieke” seriële PS\2 aansluiting voor de muis en toetsenbord;
• Seriële poort. Deze poort wordt ook wel de communicatie poort (COM-poort) genoemd en is meer dan 20 jaar een belangrijke input/output connector geweest voor het aansluiten van printers, modem en digitale camera’s. bij deze poort worden de gegevens na elkaar doorgelaten;
• Parallelle poort. Deze poort werd later bedacht dan de COM-poort en vooral gebruikt voor het aansluiten van printers, scanners, CD-branders en externe harde schijven. De parallelle poort was langere tijd sneller dan de seriële poort. Bij deze poort worden de gegevens naast elkaar doorgelaten;
• USB-poort (USB staat voor Universal Serial Bus). Deze poort is de vervanger van de parallelle en seriële poort en is bedoeld voor het aansluiten van allerlei soorten randapparatuur zoals printers, scanners, muis, toetsenbord, etc.;
• De VGA (Video Graphics Array) poort. Deze poort is bedoeld voor het aansluiten van de monitor;
• LAN-poort. Deze poort is bedoeld voor het aansluiten op een Local Area Network (LAN);
• Audio-poorten. Deze connectoren zijn bedoeld voor het aansluiten van de microfoon en de koptelefoon.